Onder de beroepsrol 'zorgverlener' vallen 3 competenties:

1. De student verleent zorg in standaard zorgsituaties.
2. De student verleent preventieve zorg aan welomschreven doelgroepen.
3. De student geeft informatie, voorlichting en advies aan zorgvragers uit welomschreven doelgroepen.

In mijn stagewerkplan van het tweede jaar, had ik verschillende leerdoelen opgesteld. Hier wilde ik gedurende mijn stage aan werken en op die manier indirect aan bovenstaande competenties werken. Binnen leerdoel 4 'coördinatie en continuïteit' van mijn stagewerkplan met als doel 'tussen week 10 en week 20 van mijn stage kan ik voor 3 weken ‘vervangende’ EVV-er zijn voor een zorgvrager en hierbij mijn verpleegplan gebruiken' had ik verschillende deelactiviteiten opgesteld:

1. Een anamnesegesprek  met de zorgvrager of een betrokkene (vertegenwoordiger) hiervan.
2. Overleg met de, voor de zorgvrager bekende, disciplines en evalueren over de huidige situatie.
3. Het patiëntendossier van de zorgvrager aanpassen naar een huidige of recente situatie; het dossier vernieuwen.
4. Verpleegkundige zorg verlenen aan de zorgvrager, bestaande uit het geven van medicatie, maar ook wassen en aankleden etc.
5. Informatie zoeken over de geriatrische achtergrond van de bewoner.

Punt 4 van bovenstaande activiteiten 'verpleegkundige zorg verlenen aan de zorgvrager, bestaande uit het geven van medicatie, maar ook wassen en aankleden etc.' heeft er, samen met leerdoel 5 van mijn stagewerkplan (bewijsstuk nummer 1), voor gezorgd dat ik competentie 1: het verlenen van zorg in standaard zorgsituaties, heb gehaald. Deze leerdoelen zijn namelijk gericht op de zorg in standaard zorgsituaties.

Leerdoel 2 'plannen van zorg' uit mijn stagewerkplan met als doel 'aan het einde van week 15 kan ik een verpleegplan ontwerpen, plannen, evalueren en bijstellen voor een zorgvrager (die geen complexe zorg nodig heeft)' heeft invloed gehad op competentie 2: het verlenen van preventieve zorg aan individuen en groepen; en op competentie 3: het geven van informatie, voorlichting en advies aan individuen en groepen.
Ik heb geprobeerd om met het schrijven van mijn verpleegplan de zorg te verbeteren en te letten op aandachtpunten rondom de zorg. De interventies binnen mijn verpleegplan geven voorlichting en advies aan andere collega’s en disciplines.
Mijn bewijsstuk voor deze twee competenties is hardcopy te vinden in mijn stageverslag. Dit verslag is ingeleverd bij mijn docentbegeleidster en kan ik dus pas later inscannen en toevoegen aan mijn bewijsstukken.

Verder heb ik gedurende mijn eerste leerjaar al gewerkt aan deze beroepsrol. Om een begin te maken aan deze beroepsrol heb ik gewerkt aan het verlenen van zorg in standaard zorgsituaties. Op mijn eerste stageplek heb ik gewerkt aan de eerste competentie: het verlenen van zorg in standaard zorgsituaties. Eén van mijn leerdoelen was het controleren van de vitale functies. Op die manier ben ik bezig geweest met het verlenen van zorg. Het leerdoel is afgetekend en daarmee is bewijsbaar dat ik gewerkt heb aan deze competentie (bewijsstuk nummer 11).
Ik heb het hygiëneprotocol van de afdeling uitgewerkt, om op die manier preventieve maatregelen op dat gebied te kunnen nemen. Met behulp van het uitwerken van het protocol, wilde ik namelijk zoveel mogelijk voorkomen dat de patiënten op de afdeling in aanraking kwamen met (schadelijke) micro-organismen en hiermee de patiënten beschermen tegen schadelijke 'stoffen' van buitenaf (bewijsstuk nummer 12). Hiermee heb ik gewerkt aan competentie 2: verlenen van preventieve zorg aan welomschreven doelgroepen.
Ten slotte had ik in mijn eerste stagewerkplan ook een leerdoel opgesteld, gericht op het geven van voorlichting (competentie 3), betreffende een sondevoedingsysteem. Ik heb deze voorlichting echter niet gegeven aan een patiënt, omdat alle patiënten al op de hoogte waren van het gebruik van dit systeem. Ik heb mijn voorlichting toen gegeven aan een medecollega en zij heeft voor mij mijn leerdoel afgetekend (bewijsstuk nummer 11).
Bovenstaande bewijsstukken van zowel leerjaar 1, als leerjaar 2, ondersteunen mijn bewoordingen en het feit dat ik een goede start heb gemaakt binnen de beroepsrol 'zorgverlener'.